Op maandagvoormiddag gingen we naar de supermarkt en kochten we allerlei lekkere (en minder lekkere) dingen. Zo kwamen we ook meteen te weten waarover we gaan werken in de klas: ‘de winkel’. In de namiddag bekeken we deze spulletjes van dichterbij: ‘hoe ziet het eruit?’, ‘hoe voelt het?’, ‘hoe ruikt het?’ en natuurlijk ‘hoe smaakt het?’. Als we van de citroen en de limoen proefden, was het best wel grappig om enkele gezichtjes te zien. En enkele durvers proefden ook van de ajuin. De anderen roken of likten er snel eventjes aan. Ook peper en zout was niet zo lekker. Gelukkig hadden we ook onze waterfles en de vuilbak bij de hand, want soms moesten we wel eventjes naspoelen. Maar wat was de juf trots dat we met zijn allen proefden van de spulletjes. We speelden ook een reactiespel waarbij we moeten lopen naar gezond of ongezond, toen de juf iets toonde van etenswaren. Soms was het wat verwarrend, want gezond betekende niet altijd hetzelfde als lekker! We leerden ook dat sommige dingen fruit zijn en andere dingen een groente. Daarna maakten we daar ook een werkje van. We maakten natuurlijk ook kennis met onze winkelhoek en leren betalen met 1 of met 2euro. In de knutselhoek mochten we met zoutdeeg werken. We kozen een kleurtje om ons deeg vrolijker te maken en begonnen met kneden. In het begin vonden we het wat vies, want de verf kwam er tussenuit. Maar als we lang genoeg kneden, mengde het deeg heel mooi met de verf. Daarna maakten we iets dat we zelf lekker vinden om op te eten, vooral de donut was populair in onze klas. Op donderdag keken we naar de poppenkast van rupsje ‘nooit genoeg’ en leerden nog een grappig liedje aan over de groente ‘witloof’ en dansten er vrolijk op los en daar krijgen jullie nog een linkje van.
Fijn weekend,