Derde kleuter - De Kleine Boomgaard

In het zwembad oefenen we flink verder met meester Stijn en onze juf. het springen en het drijven beginnen goed te lukken. We leren nu ook het verschil tussen sterke benen en slappe benen. Met de sterke benen kunnen we veel sneller spartelen dan met de slappe benen. We merken dat de kapoenen die bang waren in het begin van het schooljaar al veel meer durven en heel goed hun best doen. Superflink!

We bekeken deze week de zwanen en de ganzen van dichterbij. De zwaan is een grote, sierlijke witte vogel op het water. We speelden ook een ganzenbordspel, waarbij we de woordenschatkaartjes moesten omdraaien en vertellen wat het was. Wisten we het juiste woordje nog? Joepie, dan mochten we de kaart bij ons houden en hadden we een puntje! In de knutselhoek werden de eendjes en hun vijvertje afgewerkt en kregen we deze mee naar huis.

Op dinsdag gingen we op uitstap. We gingen een echte vijver bekijken. Langs de weg hadden we al geluk, dat we enkele eendjes en ganzen konden zien. We hoorden ook een fontein van een vijver, maar deze vijver was goed verstopt. Toen we aan het sportpark kwamen, was er daar een hele grote vijver. Er zaten veel eendjes langs de boord en we zagen goed het verschil tussen de meisjes en de jongens. Ook waren er enkele witte eendjes te zien. Als we dichterbij gingen, sprongen ze allemaal het water in en begonnen ze te zwemmen.

Op donderdag leerden we een tweede letter kennen. Deze keer was het de letter ‘K’ van kikker. Sommige kapoenen hadden weer een voorwerpje mee om te tonen en de juf tekende hun voorwerp in onze letterboek. Daarna gingen we op zoektocht en vonden superveel K’s in onze klas. Na een verhaaltje over de ‘k’, mochten we ook nog bewegend leren. We liepen rond en wanneer we een woordje hoorden met de ‘k’ moesten we springen, hoorden we geen ‘k’ dan gingen we op de grond zitten. In de namiddag veranderden alle hoekjes van de klas weer in letterhoekjes.

We bekeken deze week ook al enkele diertjes van dichterbij: de eend en de kikker. Van de eend maakten we een knutselwerkje in de beeldhoek en van de kikker mochten we een logische volgorde maken. In de taalhoek konden we de themawoorden die we al aanleerden, nastempelen en oefeningen maken om onze pengreep te verbeteren. In de rekenhoek mochten we visjes met cijfers erop vissen en op de juiste plaats leggen op onze kaarten. We mochten ook met de plasticine verschillende vormen van dieren en plantjes uit de vijver proberen na te maken.

Donderdag begonnen we ook met de ’toon en vertel’-ronde. Hierin krijgen de kinderen om beurt de kans om iets mee te brengen, waarover ze willen vertellen. Bvb iets van hun hobby, een speciale knuffel, een foto, hun favoriete stuk speelgoed, … Er zullen telkens 4 kapoenen een briefje in hun schriftje krijgen, waarop staat dat zij aan de beurt zijn. De klas wordt dan in groepjes verdeeld om te luisteren naar deze kinderen. De doelen hier zijn: iets kunnen voorstellen van zichzelf, durven vertellen, kunnen antwoorden op vragen. En voor de luisteraartjes onder de kapoenen: kunnen gericht luisteren naar een andere en durven vragen stellen over het voorwerp of het onderwerp.

We speelden ook een wiskundig spel, waarbij we de juiste hoeveelheden kinderen op de bus moesten laten plaatsnemen. We begonnen met een eenvoudige opdracht waarbij ze de bollen moesten tellen om de hoeveelheid te weten te komen en wie al kon, mocht ook de moeilijkere opdracht met de cijfers uitproberen. Er waren toch al enkele kapoenen die ook de cijfers al goed kunnen omzetten.

Op donderdag hadden we onze eerste letterdag, we leerden de letter ‘S’ van school. Iedereen kon iets meebrengen waarin we de letter ‘S’ horen. De juf tekende en schreef onze spullen in onze letterboek, die we in de boekenhoek altijd kunnen inkijken. Daarna keken we naar een filmpje, waarbij ze ons aanleren hoe we deze letter correct kunnen uitspreken en hoe het voelt als we deze letter uitspreken. In de klas gingen we dan op zoek naar spullen of woordjes waarin we deze letter horen/zien. En in de namiddag gingen we dan ook in alle hoeken aan de slag met deze letter: stempelen, schilderen, de letter maken met plasticine, met blokken, de letter zoeken, …. Het was een leuke en drukke letterdag!

De tweede week verliep al een beetje vlotter dan de eerste week. We weten al goed wat de bedoeling is tijdens hoekenwerk en weten dat de juf telkens enkele kapoenen bij haar vraagt om te werken. De letters van onze eigen naam stonden deze week centraal! Hoe ziet onze naam eruit? Herkennen we hem al tussen andere woorden? Kunnen we onze letters mooi versieren? Kunnen we onze eigen letters terugvinden en op de juiste plaats leggen?

We leerden ook iemand nieuw kennen, nl Pistache! Pistache heeft een groot boek mee met leuke verhalen uit zijn klas. Maar oei… Pistache spreekt geen Nederlands, hij spreekt Frans. De avonturen van Pistache worden dus in het Frans voorgelezen. Zo leren wij al op een speelse manier enkele Franse woordjes kennen. We kunnen al allemaal vlotjes ‘bonjour’ zeggen.